Geef ons heden onze dagelijkse mp3
Het is in dit atheïstisch en vrijdenkend taalminnend studentengenootschap niet de gewoonte een argument te beginnen met “Het staat geschreven in de Bijbel”. Eigenwijs doe ik dat toch.
Tot vier maal toe staat geschreven in de Evangeliën dat in die dagen, kort voor het Joodse pesachfeest, de heer Jezus Christus het meer van Galilea overstak, om vervolgens naar een eenzame plaats in het omliggend gebergte te trekken.[1] Ik was er vorige maand, en ik moet toegeven: ’t is een mooie streek. Echt eenzaam was-Ie er niet, want een massa fans volgde Hem: ongeveer vijfduizend man. Bij dergelijke evenementen ligt de schatting van politie en brandweer traditioneel lager dan die van de organisatie. Waarschijnlijk heeft Matteüs bij de ordediensten zijn oor te luisteren gelegd, want hij spreekt slechts over vierduizend man. In ieder geval werden vrouwen en kinderen werden niet meegeteld, wegens onbelangrijk.
Een niet-onbelangrijk aspect van dat optreden, was een organisatorische kwestie: er was geen catering voorzien. Jezus kon het niet laten Filippus met dat logistiek probleem op te zadelen. “Zeg, Filippus, waar zijn de eetkraampjes voor al die mensen?”[2] Eigenlijk deed-Ie dat vooral om Filippus te treiteren — Hij wist zelf wel een oplossing uit Zijn mouw te schudden.
Apostel Andreas had namelijk opgemerkt dat er in het publiek een jongetje was die vijf broden en twee gedroogde vissen bij zich had. Het was maar een klein jongetje; het kostte dan ook weinig moeite om dat jochie zijn proviand afhandig te maken.